Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [55]Als men [iemand] vernederen zal, en gij [56]zeggen zult: Het zij verhoging; dan zal [God] [57]den nederige van ogen behouden. 55. Dat is, als iemand vernederd zal worden, te weten door enige ellende en tegenspoed. 56. Dat is, bidden zult met vurige gebeden tot God, dat hij weder uit zijn lijden verhoogd en verlost zou mogen worden. 57. Hebreeuws, den nedergebogene, of geslagene van ogen. Zie hiertegen de hoge ogen, van welken zie Spreuk.6:17.